dinsdag 3 september 2013

Chemische wapens, logica en leveranciers

Met de inzet van chemische wapens in Ghouta, een buitenwijk van Damascus, is de ‘red line’ die Obama eerder had getrokken, overschreden—de VS hebben nu aangekondigd toe te slaan. Niet alleen eist Washington het recht op iedereen af te luisteren; het beschouwt zich ook gerechtigd om iedereen te bombarderen. 


De Russische president Poetin was er snel bij om de beschuldiging dat het Assad-regime de aanval had uitgevoerd, als volstrekte onzin aan te merken, en de logica geeft hem gelijk. Het Syrische regeringsleger krijgt gaandeweg militair de overhand, en dan zou het de krijgskansen weer willen doen keren door een duidelijk aangekondigde grens te overschrijden en een Amerikaanse interventie uit te lokken? Gas is bovendien een onbetrouwbaar strijdmiddel. Het moet zo ver mogelijk van de eigen troepen worden ingezet—niet in een buitenwijk van de hoofdstad. Dat een lokale commandant zelfstandig over deze politiek gevoelige, bij verdrag verboden wapens zou beschikken, is evenmin waarschijnlijk—al kunnen we het niet helemaal uitsluiten. 


Dat er gas is gebruikt is waarschijnlijk, maar dat dit moderne strijdgassen zouden zijn is door vele deskundigen in twijfel getrokken.
Dan Kaszeta, voormalig officier in het U.S. Army Chemical Corps, wijst erop dat de slachtoffers op de tv-beelden behandeld werden door artsen en verplegend personeel die hooguit een mondkapje droegen. ‘Dit sluit al bijna alle soorten chemische wapens van militaire kwaliteit uit, ook de grote meerderheid van zenuwgassen, omdat die stoffen niet direct verdampen, maar zeker wanneer ze in zulke grote hoeveelheden worden gebruikt dat ze honderden slachtoffers kunnen maken, een besmetting achterlaten op kleding en lichamen die iedereen die er onbeschermd mee in aanraking komt, nog uren na de aanval ernstig kunnen schaden’. Kaszeta en diverse andere deskundigen, geciteerd in dezelfde bron, wijzen ook op de afwezigheid van verschijnselen zoals vergrote pupillen, braken, en andere tekenen, vooral ook bij de lichtere gevallen.  

Gesteld dan dat de aanval een provocatie van de opstand is geweest om Washington tot ingrijpen te provoceren—hoe zouden rebellen dan aan dat gas zijn gekomen?  

Op 2 september werd bekend dat in het
Britse parlement vragen zijn gesteld over het verlenen van een exportlicentie voor de leverantie van sodium fluoride en potassium fluoride, twee stoffen die als grondstof voor sarin kunnen dienen. Daarom zijn ze ook opgenomen in de lijst van strijdgasgrondstoffen in Annex I van het Raadsbesluit 428/2009, hetgeen inhoudt dat voor hun verscheping een vergunning nodig is van de EU. In antwoord op vragen van Russia Today liet de betreffende ambtenaar in Londen weten dat deze stoffen ook kunnen dienen om aluminium raamkozijnen af te werken, maar de firma in Syrië aan wie geleverd is (ruim na het uitbreken van de burgeroorlog) blijft ongenoemd.

Het is natuurlijk mogelijk dat ofwel de regering-Assad of de rebellen (één van de twee) een groot installatieprogramma van kunststofkozijnen is gestart. Maar waarschijnlijker is dat Engeland militair gevoelige stoffen heeft geleverd—in strijd overigens met het toen nog geldende EU-wapenembargo. En dan natuurlijk aan de rebellen, want dat zijn onze bondgenoten, wat ze ook uitspoken.

Een andere lezing die de ronde doet (en in een complexe situatie zoals die in Syrië kunnen beide waar zijn), is dat Saoedi-Arabië hier een rol heeft gespeeld. Volgens de vanuit Minnesota opererende nieuws-site Mint Press News (
29 augustus 2013) die zich baseert op een Jordaanse freelancer en journalistiek-student, Yahya Ababneh, zijn chemische wapens in het bezit gekomen van Jabhat al-Noesra, de met al-Qaida gelieerde opstandelingengroep. Deze groep was al eerder volgens de lokale Turkse pers in Turkije betrapt op bezit van sarin zenuwgas (OE Watch, 7/13). Het gas zou volgens lokale zegslieden in Ghouta door bemiddeling van de Saoedische inlichtingendienst onder leiding van prins Bandar bin Sultan aan al-Noesra zijn geleverd. Aanwijzingen genoeg dat er ofwel amateuristische gassen zijn gebruikt, en waarschijnlijk door de rebellen, als provocatie.
Deze aanwijzingen zouden deels door het onderzoek van het VN-inspectieteam bevestigd kunnen worden, maar daarop willen de Amerikanen, Fransen, en andere strijdlustige regeringen, niet wachten. Alles duidt dus op een provocatie, en schrijver dezes herinnert zich nog hoe op de tv een rebellenvideo te zien was waarop konijnen in een soort oven met gas werden gedood, onder het aanroepen van ‘dood aan Assad’.

Maar de reden voor de aangekondigde Amerikaanse aanval is natuurlijk niet de verontwaardiging over het gebruik van gas. De reden is dat Hezbollah en Iran Assad hebben helpen overleven, aldus Robert Fisk in The Independent. Daarmee is niet alleen het militaire evenwicht in Syrië zelf verschoven ten nadele van de rebellen; ook zou daarmee de positie van Iran worden versterkt. Israël en Amerika, met het slaafse Europa in hun kielzog, beschouwen Iran als de aartsvijand die moet worden gedestabiliseerd. Zeker nu Ahmadinejad is vervangen door een president die binnenslands rust heeft gebracht en die zich bereid heeft verklaard tot onderhandelen. Vandaar het plaatsen van Hezbollah op de lijst van terroristische organisaties, en nu de naderende Amerikaanse aanval op Irans enige Arabische bondgenoot, Syrië—tenzij het Congres in Washington aan de rem trekt. De kans dat de Nederlandse Patriots bij de Amerikaanse basis Incirlik bij een aanval in actie komen is levensgroot—en daarmee zou ons land direct in het conflict betrokken worden.


In de vroege ochtend van dinsdag de 3de september (6.16 GMT) registreerde de Russische radar Amarvir de lancering van twee ballistische raketten ergens in de Middellandse Zee, die vervolgens in zee vielen. In het begin van de middag werd door Israël bekend gemaakt dat dit een Amerikaans-Israëlische oefening was om het raketafweersysteem te testen. De generale repetitie?

Kees van der Pijl

Geen opmerkingen:

Een reactie posten