In het Kamerdebat zullen ongetwijfeld de reacties doorklinken die we de afgelopen dagen al hoorden in kringen van Europese defensiespecialisten in de politiek, de pers of de wetenschap. Op basis van Trumps campagne-uitspraken over de bereidheid om als Verenigde Staten nog langer het leeuwendeel van de Europese verdediging te betalen zolang de Europese NAVO-lidstaten aan hun 2%-norm niet zouden halen, pleiten Atlantisch georiënteerden voor een hogere snelheid waarmee het punt bereikt zou word en dat de Europese landen wčl aan Trumps voorwaarde voldoen terwijl Europees georiënteerden Trumps uitspraken aanhalen om met meer voortvarendheid werk te maken van de Europese militaire samenwerking en "de eigen broek op te houden". Dit laatste zal ongetwijfeld ook gepaard gaan aan een pleidooi om de Europese defensiebudgetten te verhogen.
Wat ons bij deze twee reacties opvalt is dat ze beide zijn gebaseerd op een noodzaak het Europese EU- en NAVO-gebied te verdedigen tegen de Russische Federatie waarmee de spanningen de afgelopen twee-en-een-half jaar fors zijn opgelopen. Bij het als onveranderlijk aannemen van deze dreiging waartegen Europa zich zou moeten verdedigen, gaat de Europese politiek geheel voorbij aan de andere kant van Trumps uitspraken over de Europese veiligheid, namelijk dat hij de relatie met Rusland wil normaliseren en tot een samenwerking met de Russische Federatie wil komen als het de bestrijding van ISIS en de beëindiging van de binnenkort zes jaar durende oorlog in Syrië betreft.
Zowel voor de verhoudingen binnen Europa (waar grote meningsverschillen bestaan over het sanctiebeleid jegens Rusland èn over de opvang van vluchtelingen uit het oorlogsgebied in het Midden-Oosten), de tot een gevaarlijk niveau oplopende spanningen met de Russische Federatie čn voor een zo snel mogelijke beëindiging van de oorlog in Syrië lijkt ons een Europese ondersteuning van deze nieuwe lijn in de Amerikaanse Rusland-politiek van groot belang en een derde weg te openen tussen het ten koste van 2% van ons Bruto Nationaal Product in stand houden van het NAVO-bondgenootschap en de verdere militarisering van de Europese Unie dat 60 jaar geleden toch vooral als vredesproject is begonnen tussen twee voormalige erfvijanden.
Het lijkt ons noodzakelijk dat de Kamer deze zeer wel mogelijke ingrijpende verandering van de veiligheidssituatie in Europa en haar oostelijke en zuidelijke buren serieus neemt in haar beraadslagingen over de noodzaak om het defensiebudget te verhogen om hetzij het NAVO-bondgenootschap te redden of om de Europese Unie te militariseren terwijl er ook een ontspanningspolitiek ten aanzien van Rusland aan de horizon gloort.
=========
Een bewerking van bovenstaand artikel verscheen op 22 november 2016 als opinie-artikel in Trouw.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten