De benoeming van Ashton Carter als minister van defensie van de VS volgt op een pijnlijke onderbreking in de vervulling van deze functie. Obama’s eerdere ministers, Robert Gates en Leon Panetta, klaagden achteraf allebei dat ze door het Witte Huis werden gepasseerd. Lezers van de boeken van Jeremy Scahill weten dat Obama en zijn staf zèlf oorlog voeren, via de CIA en de geheime operaties van het Joint Special Operations Command. Daarbij wordt de minister van defensie gepasseerd.
Nu, aan de vooravond van nieuwe militaire avonturen, is Chuck Hagel opgestapt, en men verwachtte dat Michelle Flournoy, voormalig onderminister van defensie, de eerste vrouwelijke chef van het Pentagon zou worden. Flournoy richtte in 2007 het Center for a New American Security op, volgens de voormalige presidentskandidaat en dito senator Ron Paul een bolwerk van de neoconservatieven in de Democratische Partij, betaald door het militair-industriële complex.
Flournoy wacht echter liever op een presidentschap van Hilary Clinton, over twee jaar, omdat dan alle remmen los zullen gaan—Hilary is immers de oorlogskandidaat, ze wil Iran bombarderen, Rusland bombarderen, het houdt niet op. Maar de Nederlandse pers, dat weet ik nu al, zal het alleen maar hebben over de eerste vrouwelijke president, en dan ook nog de eerste vrouwelijke minister van defensie! Je krijgt er tranen van in je ogen.
Een voorproefje van de kundigheid van onze pers en haar vermogen om de kern van de zaak te pakken is te lezen in de NRC van woensdag. ‘Onbekende Ashton Carter’, aldus de krant. Het bericht citeert Obama dat Carter helemaal ‘niet politiek gemotiveerd’ is. Dat is mooi meegenomen. Gelukkig was hij zowel onder Bill Clinton als van 2011 tot ’13 al eerder als onderminister/staatssecretaris werkzaam, voornamelijk om dure wapensystemen in te kopen. Hij promoveerde op de theoretische natuurkunde. Het Parool maakt het nog bonter, ook daar de mededeling dat de natuurkundige Carter ‘onbekend’ is en eerder een scriptie schreef over Vlaamse monniken in de middeleeuwen. Hij werkte ook als 11-jarige in een wasstraat in Philadelphia, op een vissersboot en bij een hulplijn voor mensen voor zelfmoordplannen. Weer tranen in mijn ogen.
Tot zover de Nederlandse kranten die ik hierover onder ogen kreeg. En nu: wie is Ashton Carter?
Ashton Carter is een insider in de wereld van het Pentagon en hoort bij de selecte groep die de aanslag van 9/11 ‘aan zag komen’. Daardoor was hij in staat al jaren van te voren precies aan te geven wat er gedaan moest worden in het voorkomende geval. Samen met CIA-chef John Deutch en Philip Zelikow, een vertrouweling van Condoleezza Rice, schreef Carter in 1998 in Foreign Affairs, het tijdschrift waarin de strategie van de VS in de wereld wordt bediscussieerd, een stuk getiteld ‘Catastrophic Terrorism’. Daarin betogen de auteurs dat er als een grote aanval op de VS gaat komen à la de bomaanslag op het World Trade Center in 1993 (maar dan een echte grote aanval), Amerika’s veiligheidssituatie radicaal zal kantelen. De VS zouden antwoorden met ‘terugdraaien van burgerlijke vrijheden, het toestaan van verdergaande bespionering van burgers, opsluiten van verdachten, en de inzet van dodelijk geweld’.
Geen slechte voorspelling van de reactie op 9/11 zou je zeggen. Niet dat we over deze voorbereidingen later zijn ingelicht, want Zelikow redigeerde het officiële ‘9/11 rapport’ waarin alle verdenkingen dat er in en rond de regering-Bush voorkennis van die aanslag zou zijn geweest, van de hand worden gewezen.
In augustus 2000 waren de genoemde drie auteurs (Deutch, Carter, Zelikow) opnieuw in de pen geklommen, nl. om een inkomende president (dat zou Bush worden) een programma aan te bieden. Ashton Carter schreef in de door Zelikow uitgegeven bundel een stuk waarin hij de dreigingen opsomde die de VS vanaf 2001 het hoofd zou moeten bieden, nl. de opkomst van China, de mogelijke instorting van Rusland en de proliferatie van haar kernarsenaal, en als derde, ‘catastrofaal terrorisme van ongekende omvang en intensiteit… op het grondgebied van de VS’.
Een jaar later was het zover, maar de Nederlandse kranten schrijven over Carters deskundigheid inzake natuurkunde en zijn werk in de wasstraat, waar hij volgens het Parool een te grote mond had. Daarmee is de kwaliteit van onze pers wel afdoende getypeerd. Mijn probleem is dat ik me ongemakkelijk voel dat iemand met Ashton Carters achtergrond aan het hoofd staat van het Pentagon in een periode waarin één vonk een groot wereldconflict kan veroorzaken.
Kees van der Pijl
Flournoy wacht echter liever op een presidentschap van Hilary Clinton, over twee jaar, omdat dan alle remmen los zullen gaan—Hilary is immers de oorlogskandidaat, ze wil Iran bombarderen, Rusland bombarderen, het houdt niet op. Maar de Nederlandse pers, dat weet ik nu al, zal het alleen maar hebben over de eerste vrouwelijke president, en dan ook nog de eerste vrouwelijke minister van defensie! Je krijgt er tranen van in je ogen.
Een voorproefje van de kundigheid van onze pers en haar vermogen om de kern van de zaak te pakken is te lezen in de NRC van woensdag. ‘Onbekende Ashton Carter’, aldus de krant. Het bericht citeert Obama dat Carter helemaal ‘niet politiek gemotiveerd’ is. Dat is mooi meegenomen. Gelukkig was hij zowel onder Bill Clinton als van 2011 tot ’13 al eerder als onderminister/staatssecretaris werkzaam, voornamelijk om dure wapensystemen in te kopen. Hij promoveerde op de theoretische natuurkunde. Het Parool maakt het nog bonter, ook daar de mededeling dat de natuurkundige Carter ‘onbekend’ is en eerder een scriptie schreef over Vlaamse monniken in de middeleeuwen. Hij werkte ook als 11-jarige in een wasstraat in Philadelphia, op een vissersboot en bij een hulplijn voor mensen voor zelfmoordplannen. Weer tranen in mijn ogen.
Tot zover de Nederlandse kranten die ik hierover onder ogen kreeg. En nu: wie is Ashton Carter?
Ashton Carter is een insider in de wereld van het Pentagon en hoort bij de selecte groep die de aanslag van 9/11 ‘aan zag komen’. Daardoor was hij in staat al jaren van te voren precies aan te geven wat er gedaan moest worden in het voorkomende geval. Samen met CIA-chef John Deutch en Philip Zelikow, een vertrouweling van Condoleezza Rice, schreef Carter in 1998 in Foreign Affairs, het tijdschrift waarin de strategie van de VS in de wereld wordt bediscussieerd, een stuk getiteld ‘Catastrophic Terrorism’. Daarin betogen de auteurs dat er als een grote aanval op de VS gaat komen à la de bomaanslag op het World Trade Center in 1993 (maar dan een echte grote aanval), Amerika’s veiligheidssituatie radicaal zal kantelen. De VS zouden antwoorden met ‘terugdraaien van burgerlijke vrijheden, het toestaan van verdergaande bespionering van burgers, opsluiten van verdachten, en de inzet van dodelijk geweld’.
Geen slechte voorspelling van de reactie op 9/11 zou je zeggen. Niet dat we over deze voorbereidingen later zijn ingelicht, want Zelikow redigeerde het officiële ‘9/11 rapport’ waarin alle verdenkingen dat er in en rond de regering-Bush voorkennis van die aanslag zou zijn geweest, van de hand worden gewezen.
In augustus 2000 waren de genoemde drie auteurs (Deutch, Carter, Zelikow) opnieuw in de pen geklommen, nl. om een inkomende president (dat zou Bush worden) een programma aan te bieden. Ashton Carter schreef in de door Zelikow uitgegeven bundel een stuk waarin hij de dreigingen opsomde die de VS vanaf 2001 het hoofd zou moeten bieden, nl. de opkomst van China, de mogelijke instorting van Rusland en de proliferatie van haar kernarsenaal, en als derde, ‘catastrofaal terrorisme van ongekende omvang en intensiteit… op het grondgebied van de VS’.
Een jaar later was het zover, maar de Nederlandse kranten schrijven over Carters deskundigheid inzake natuurkunde en zijn werk in de wasstraat, waar hij volgens het Parool een te grote mond had. Daarmee is de kwaliteit van onze pers wel afdoende getypeerd. Mijn probleem is dat ik me ongemakkelijk voel dat iemand met Ashton Carters achtergrond aan het hoofd staat van het Pentagon in een periode waarin één vonk een groot wereldconflict kan veroorzaken.
Kees van der Pijl
Geen opmerkingen:
Een reactie posten